De Familie van Het Bildt (Y)
De Familie van Het Bildt
Bij dit hervormde (later veelal gereformeerde) boerengeslacht duikt de naam Andringa voor het eerst op in 1774, wanneer Tjeerd Gerbens (Y21), voorzien van achternaam, zijn dochter Froukje laat dopen. Sindsdien gebruiken Tjeerd en zijn nakomelingen deze naam vrij consequent en al spoedig volgen naaste familieleden zijn voorbeeld. De veronderstelling is niet te gewaagd dat Tjeerd tot deze naam besloot omdat zijn grootvader, Jan Oepkes, indertijd boer was op een sate van Johannes Sybes Andringa (C1), telg uit het oude geslacht. Het feit dat de (naaste) familie van deze Johannes in de loop van de 18de eeuw volledig uitstierf, waardoor in deze ruimte de naam Andringa verloren dreigde te gaan, zal ook van invloed zijn geweest op Tjeerds keuze.
Het waren niet alleen Tjeerd familieleden van vaderskant die het op de naam Andringa gingen houden, maar ook enkele neven en nichten van moederskant, zij het pas na 1811. Of die laatsten er toen nog van op de hoogte waren op welke wijze de naam Andringa in hun familie kwam weten we niet. Het kan best zijn van wel. We hebben echter duidelijk met één grote familie te maken die gezamenlijk tot de achternaam besloot. Daarom willen we deze groep niet uitéénrafelen. Gevolg is dat de genealogie begint met twee stamvaders: Oepcke Tjeerds (Ya, vader van genoemde Jan Oepkes, Yb) èn Lammert Clazen (Yc), Tjeerds grootvader van moederszijde. Daarna volgen hun kinderen enz.
Omdat de naam Andringa al vrij snel uit Tjeerds familie van vaderskant verdwenen is, zijn alle huidige nakomelingen direct aan elkaar verwant: allen zijn nakomelingen van ‘tweede stamvader’ Lammert Clazes.